Binnen zonder kloppen – De unieke schoonheid van Monemvasia

20 februari 2015   Bas Wanrooij
Uitzicht op Monemvasia Lakonia Peloponnesos

Monemvasia – uitzicht op de hoge rots

Monemvasia is een historische vestingstad, gelegen op een rotsachtig schiereiland voor de zuidoostkust van de Peloponnesos. Een smalle dijk is de enige toegangsweg naar deze bijzondere plek – vandaar de naam.

Monemvasia stond al langer op ons verlanglijstje. Eindelijk, op een mooie dag in april, is het dan zover en gaan we op pad. De draagvleugelboot die vanuit Piraeus naar Monemvasia vaart, vaart nog niet. Deze route wordt alleen in het seizoen gevaren. Dus gaan we met de bus, wat vanuit Athene een reis van zes uur betekent. Van de grote drukke stad reizen we af naar het Griekenland waarnaar we op zoek zijn: een plek die meteen zo goed bevalt dat je nergens anders meer wilt zijn. Wanneer we bij het eindpunt uitstappen en voor ons kijken, weten we dat daar Monemvasia ligt, verscholen achter een enorme rots in zee. Al eeuwenlang ligt het hier bijna onzichtbaar te zijn. We kunnen onze nieuwsgierigheid nauwelijks bedwingen en vervolgen onze reis te voet.

Eén ingang

Monemvasia betekent: ‘een toegangsweg’ (in het Grieks: moni emvasis). De route naar de enige ingang van de stad voert over de dijk die het eiland verbindt met het vasteland. We lopen de weg af en bereiken de ingang: een doorgang die in zigzagvorm is uitgehouwen. Voorbij dit punt lopen we verder, gaan een hoek om naar rechts en daarna meteen weer naar links. Pas dan staan we op de drempel van de middeleeuwse stad. Slim, deze dubbele toegangspoort. De constructie maakte het belegeraars vrijwel onmogelijk de stad in te nemen omdat er geen ruimte was om de binnenste poort met een stormram te bewerken. Gelukkig kunnen we tegenwoordig gewoon binnen zonder kloppen. We betreden de stad en lopen de hoofdstraat in. Meteen worden we aangesproken door een vriendelijk ogende man die een kamer blijkt te verhuren. We lopen met hem mee en bekijken de sfeervolle kamer die hij te huur heeft, vlak achter de Venetiaanse vestingmuren. Je hoort er de zee ruisen. In een hoek is een zitje waar een fles wijn met glazen op een tafel staat. “Voor jullie”, zegt de man die zich voorstelt als George. “In de hoofdstraat heb ik een delicatessenwinkeltje, kom maar eens langs.” We nemen de kamer en beloven langs te komen in zijn winkel.

Loukoumia

De rots Monemvasia op de Peloponnesos

Monemvasia – mysterieuze rots Peloponnesos

Een eerste verkennende wandeling door het stadje voert langs de kantelen van de vestingmuur, door poortjes en onder doorgangen en langs verscholen binnenplaatsen waar hoge bloempotten dienst doen als regenton. Het tegenwoordige Monemvasia doet knus en gezellig aan. Wie er ronddwaalt, voelt zich beschut en veilig. Maar dat was in vroeger tijden wel anders. Als Byzantijnse vestingstad werd het vanaf 1249 drie jaar lang belegerd en tot overgave gedwongen. In de eeuwen die volgden was het een komen en gaan van veroveraars met de Turken als hekkensluiter. Toen in 1821 Griekse vrijheidsstrijders de stad veroverden, werd het Turkse garnizoen totaal in de pan gehakt. Dat dit historische grond is, is een ding dat zeker is. Wij wandelen rustig verder door smalle straatjes en steegjes, nu eens omlaag dan weer omhoog over afgebrokkelde traptreden tot we uiteindelijk weer in de hoofdstraat terecht komen. Het delicatessenwinkeltje van George is gauw gevonden. Bij onze gastheer kopen we loukoumia met amandelen, tijmhoning en Griekse yoghurt. Dat wordt morgen een zalig ontbijt…

Yiannis Ritsos

Wanneer ik de volgende ochtend naar buiten stap, komt George naar me toe lopen met een boek in zijn hand. Het blijkt om een Engels boek te gaan, een boek over Yiannis Ritsos, een beroemde Griekse dichter die ook politiek actief was. “Ritsos is hier geboren en heeft hier gewoond”, vertelt George. “Zijn graf is ook in Monemvasia. Lees het boek maar, je mag het lenen. Ik krijg het wel terug als jullie vertrekken.” Ik pak een stoel en nestel me met het boek in de zon. De naam Ritsos komt me bekend voor, maar ik weet niets over de man. Wat ik op de omslag lees, spreekt me aan: het lijden van het Griekse volk was een belangrijk thema in zijn werk en veel van Ritsos’ verzen zijn door Mikis Theodorakis op muziek zijn gezet. “Dat wordt iets voor terug in Nederland”, schiet door me heen. Later die dag lopen we over een geplaveid pad redelijk steil omhoog naar de bovenstad, waar we ineens voor de antieke, indrukwekkende Agia Sofia kerk staan, aan de rand van een hoge klif en omgeven door ruïnes van de oude citadel. Er groeien hier zowaar nog een paar bomen en in het struikgewas vlammen rode bloemen. Wat is het hier grandioos mooi. Het kerkje, het uitzicht, de sfeer. We hebben het gevonden, ons ideale Griekenland. Het is hier. Artikel uit Griekenland Magazine editie zomer 2015.